We zijn een protestants-christelijke basisschool en dat we in God geloven merk je vooral in de manier waarop we met elkaar omgaan. Zorgzaam, respectvol, betrokken en met wederzijds vertrouwen en geborgenheid, dat vinden we belangrijk. ‘Mijn collega’s en ik willen een voorbeeld zijn voor de kinderen bij ons op school’, vertelt intern begeleider Anita ‘t Jong.
‘We zorgen voor elkaar’ - Anita
Dagopening
‘Iedere klas opent de dag samen in de kring. We luisteren naar een Bijbelverhaal, zingen een liedje en bidden. Het is ook een moment waarop kinderen iets kunnen delen dat ze bezighoudt. Dat kan iets vrolijks maar ook iets verdrietigs zijn.’
Uit de Bijbel lezen
‘We lezen drie tot vier keer per week een Bijbelverhaal of een spiegelverhaal. Dat doen we met de methode Kind op Maandag, dat voor iedere week een nieuw thema heeft. Bij de kleuters vertellen we vooral heel veel verhalen en zingen we. In de bovenbouw gaan we met kinderen in gesprek over de vraag: Wat kun je hiervan leren? Tijdens het verhaal over de Barmhartige Samaritaan gaan we bijvoorbeeld met kinderen in gesprek over wie je naaste is.’
Samen groeien
‘Waarom leer ik wat ik leer en waarom moet ik me daarvoor inzetten? Daar willen we kinderen van bewust maken met de methode van Stephan Covey: “The leader in me”. Hij gebruikt daarvoor een boom als voorbeeld. De wortel is waar je zelf aan moet werken, de stam is wat je samen doet (bijvoorbeeld leren luisteren naar elkaar) en de kruin staat symbool voor goed voor jezelf zorgen. Taal geven aan je gevoelens en steeds een stapje verder komen, dat is wat we hiermee willen bereiken.’
Kinderen begeleiden
‘Zorgen voor elkaar, dat doen we bij ons op school. Als je moeite hebt met de stof of juist meer aankunt, dan kun je gewoon in je eigen klas blijven en word je ondersteund door onze onderwijsassistent of RT-leerkracht (Remedial Teaching). Kun je meer aan? Dan gaan we niet versnellen, maar juist verbreden en verdiepen met Levelwerk of een dagdeel naar de plusklas vanaf groep 7. Altijd in overleg met ouders. Ieder kind is uniek en ieder kind ontwikkelt zich zo snel als kan, in zijn of haar eigen tempo.’
